Genesis 24:1

Abraham nu was oud, en wel bedaagd; en de HEERE had Abraham in alles gezegend.

Genesis 13:2

En Abram was zeer rijk, in vee, in zilver, en in goud.

Genesis 12:2

En Ik zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam groot maken; en wees een zegen!

Genesis 18:11

Abraham nu en Sara waren oud, en wel bedaagd; het had Sara opgehouden te gaan naar de wijze der vrouwen.

Genesis 24:35

En de HEERE heeft mijn heer zeer gezegend, zodat hij groot geworden is; en Hij heeft hem gegeven schapen, en runderen, en zilver, en goud, en knechten, en maagden, en kemelen, en ezelen.

Galaten 3:9

Zo dan, die uit het geloof zijn, worden gezegend met den gelovigen Abraham.

Genesis 21:5

En Abraham was honderd jaren oud, als hem Izak zijn zoon geboren werd.

Genesis 25:20

En Izak was veertig jaren oud, als hij Rebekka, de dochter van Betuel, den Syrier, uit Paddan-Aram, de zuster van Laban, den Syrier, zich ter vrouw nam.

Genesis 49:25

Van uws vaders God, Die u zal helpen, en van den Almachtige, Die u zal zegenen, met zegeningen des hemels van boven, met zegeningen des afgronds, die daaronder ligt, met zegeningen der borsten en der baarmoeder!

1 Koningen 1:1

De koning David nu was oud, wel bedaagd; en zij dekten hem met klederen, doch hij kreeg gene warmte.

Psalmen 112:1-3

Hallelujah! Aleph. Welgelukzalig is de man, die den HEERE vreest; Beth. die groten lust heeft in Zijn geboden.

Spreuken 10:22

De zegen des HEEREN, die maakt rijk; en Hij voegt er geen smart bij.

Jesaja 51:2

Aanschouwt Abraham, ulieder vader, en Sara, die ulieden gebaard heeft; want Ik riep hem, toen hij nog alleen was, en Ik zegende hem, en Ik vermenigvuldigde hem.

Mattheüs 6:33

Maar zoekt eerst het Koninkrijk Gods en Zijn gerechtigheid, en al deze dingen zullen u toegeworpen worden.

Lukas 1:7

En zij hadden geen kind, omdat Elizabet onvruchtbaar was, en zij beiden verre op hun dagen gekomen waren.

Efeziërs 1:3

Gezegend zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegening in den hemel in Christus.

1 Timotheüs 4:8

Want de lichamelijke oefening is tot weinig nut; maar de godzaligheid is tot alle dingen nut, hebbende de belofte des tegenwoordigen en des toekomenden levens.

Treasury of Scripture Knowledge did not add