Parallel Verses
Dutch Staten Vertaling
Al laagt gijlieden tussen twee rijen van stenen, zo zult gij toch worden als vleugelen ener duive, overdekt met zilver, en welker vederen zijn met uitgegraven geluwen goud.
New American Standard Bible
When you lie down among the sheepfolds, You are like the wings of a dove covered with silver, And its pinions with glistening gold.
Kruisreferenties
Genesis 49:14
Issaschar is een sterk gebeende ezel, nederliggende tussen twee pakken.
Exodus 1:14
Zodat zij hun het leven bitter maakten met harden dienst, in leem en in tichelstenen, en met allen dienst op het veld, met al hun dienst, dien zij hen deden dienen met hardigheid.
Richteren 5:16
Waarom bleeft gij zitten tussen de stallingen, om te horen het geblaat der kudden? De gedeelten van Ruben hadden grote onderzoekingen des harten.
1 Koningen 4:20-21
Juda nu en Israel waren velen, als zand, dat aan de zee is in menigte, etende, en drinkende, en blijde zijnde.
Psalmen 74:19
Geef aan het wild gedierte de ziel Uwer tortelduif niet over; vergeet den hoop Uwer ellendigen niet in eeuwigheid.
Psalmen 81:6
Ik heb zijn schouder van den last onttrokken; zijn handen zijn van de potten ontslagen.
Psalmen 105:37
En Hij voerde hen uit met zilver en goud; en onder hun stammen was niemand, die struikelde.
Psalmen 149:4
Want de HEERE heeft een welgevallen aan Zijn volk; Hij zal de zachtmoedigen versieren met heil.
Ezechiël 16:6-14
Als Ik bij u voorbijging, zo zag Ik u, vertreden zijnde in uw bloed, en Ik zeide tot u in uw bloed: Leef; ja, Ik zeide tot u in uw bloed: Leef!
Lukas 15:16
En hij begeerde zijn buik te vullen met den draf, dien de zwijnen aten; en niemand gaf hem dien.
Lukas 15:22
Maar de vader zeide tot zijn dienstknechten: Brengt hier voor het beste kleed, en doet het hem aan, en geeft hem een ring aan zijn hand, en schoenen aan de voeten;
1 Corinthiërs 6:9-11
Of weet gij niet, dat de onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet zullen beerven?
1 Corinthiërs 12:2
Gij weet, dat gij heidenen waart, tot de stomme afgoden heengetrokken, naar dat gij geleid werdt.
Efeziërs 2:1-3
En u heeft Hij mede levend gemaakt, daar gij dood waart door de misdaden en de zonden;
Efeziërs 5:26-27
Opdat Hij haar heiligen zou, haar gereinigd hebbende met het bad des waters door het Woord;
Titus 3:3
Want ook wij waren eertijds onwijs, ongehoorzaam, dwalende, menigerlei begeerlijkheden en wellusten dienende, in boosheid en nijdigheid levende, hatelijk zijnde, en elkander hatende.
Openbaring 1:5-6
En van Jezus Christus, Die de getrouwe Getuige is, de Eerstgeborene uit de doden, en de Overste der koningen der aarde. Hem, Die ons heeft liefgehad, en ons van onze zonden gewassen heeft in Zijn bloed.